Vrijdagavond, tien uur. Ik heb dienst en word gebeld door de psychiater van het Martiniziekenhuis Groningen. Er is op de spoedpoli een 17-jarig meisje, die op een houseparty onwel geworden is. Ze is verward, of ik haar kan beoordelen.

‘Nee, hij heeft haar zelf niet gezien.
‘Ja, dat deed hij altijd wel, maar sinds de overheveling naar de gemeente van de jeugd-ggz mag dat niet meer van zijn directie. De beroepsaansprakelijkheidsverzekering van het ziekenhuis geldt niet voor jeugdhulp. ‘Waar ze vandaan komt? Even kijken. Uit Drenthe, Klazinaveen.’

Oké, even nadenken. Heeft de gemeente Klazinaveen wel zorg ingekocht bij mijn instelling? Ik bel het Steunpunt Transitiejeugd Groningen.

Er volgt nu een keuzemenu. Belt u over een jeugdige uit de gemeente Groningen toets 1, belt u voor een jeugdige uit een andere gemeente toets 2, voor alle overige vragen toets 3.
Al onze medewerkers zijn in gesprek , u wordt zo spoedig mogelijk geholpen. U kunt uw vraag ook stellen via onze website…

‘Goedenavond, ik ben kinderpsychiater en ik word bij een 17-jarig meisje geroepen in het Martiniziekenhuis. Maar dit meisje komt uit Drenthe.
‘Waarom ze niet naar een Drents ziekenhuis is gebracht? Omdat ze in Groningen was. ‘O, dus dan moet ik Steunpunt Jeugd Drenthe bellen.’

Welkom bij transitie steunpunt Drenthe. Op dit moment is er niemand aanwezig. U kunt ons bellen op werkdagen van…

Ik besluit naar het ziekenhuis te gaan. Ik zie later wel of er zorg ingekocht is en anders maar niet.
Het meisje, Marije, is verward en duidelijk angstig. Ze heeft ecstasy (XTC) gehad en mogelijk ook iets anders. Haar meegekomen vriendinnetje is overstuur, maar weet me wel te vertellen, dat Marije sinds kort medicijnen gebruikt. Nee, welke medicijnen weet ze niet. Ecstasy kan gevaarlijk zijn in combinatie met sommige medicijnen. Ik bel de doktersdienst Drenthe.

‘Goedenavond, met Menno Oosterhoff, dienstdoende jeugdpsychiater, ik bel over Marije die en die, geboren dan en dan, wonende daar en daar. Ze is in verwarde toestand binnengebracht op de spoedpoli. Kunt u zien welke medicatie gebruikt?

‘O, wat kunt u dan wel zien?

‘Dat ze drie dagen geleden met spoed verwezen is naar Centrum jeugd en gezin Emmen. Ok. En wat waren de bevindingen?

‘O, daar krijgt de huisarts dan geen bericht meer van? Wie dan wel? De gemeente? Weet u ook welke instantie?

‘Dank u, dan bel ik de gemeente.’

U bent verbonden met de Gemeente Emmen. Op dit moment is er niemand aanwezig. Wij zijn bereikbaar op werkdagen…

De internist laat me weten dat Marije wat hem betreft weg kan. Inmiddels is ze minder verward. Ja, ze gebruikt sinds drie dagen medicijnen. Witte tabletjes. Nee, ze weet niet hoe ze heten. Nee, ze weet ook niet wie het haar voorgeschreven heeft. Ze is voortdurend in tranen en uit zich erg somber. Haar ouders zijn gescheiden. Haar vader woont sinds kort ergens anders. Of dat een andere gemeente is? Dat weet ze niet. Nee, ze weet ook niet bij wie ze ingeschreven. Wat heeft dat er mee te maken? ‘Niks’, zeg ik. ‘Laat maar.’

Crisiscentrum

Ik bel haar ouders. Die nemen allebei niet op. Ik spreek met haar af dat ik haar ter observatie op een crisiscentrum wil laten opnemen. Dat wil ze zelf ook wel graag. Ik bel met de crisisafdeling jeugd van Groningen.

‘Ja, ik ben hier bij een 17-jarig meisje wat onwel geworden is op een houseparty en ik wil haar graag opnemen. Ah, fijn, jullie hebben plaats. Nee, ze komt uit Drenthe.

‘O, ook niet voor een nacht?

‘O, nou, dan zal ik de crisisafdeling van Drenthe bellen.’

‘Ja, ik bel over een 17-jarig meisje dat ik met spoed wil laten opnemen.

‘Nee, dat klopt, ik ben van crisisdienst jeugd Groningen, maar dit meisje komt uit Drenthe.
‘Welke gemeente? Emmen. Of ik dat zeker weet? Ja, lieg ik. Dat ze misschien bij haar vader is ingeschreven in een andere gemeente noem ik nu maar even niet.

‘O, dus er had iemand van jullie crisisdienst naar Groningen moeten komen? Dat wist ik niet. Kan ik haar dan toch insturen? Bij hoge uitzondering. Fijn.

‘O, maar jullie hebben geen plaats. Oké. Wat dan?

‘Leeuwarden bellen? Maar daar heeft de gemeente Emmen toch geen zorg ingekocht? Oké, jullie hebben een onderlinge afspraak dit te verrekenen.’

Ik bel Leeuwarden.

U spreekt met de crisisafdeling jeugd Leeuwarden. Buiten kantooruren zijn wij uitsluitend bereikbaar via onze eigen crisisdienst jeugd Friese gemeentes.

De verpleging komt bij me langs. Duurt het nog lang? Marije is steeds in tranen en ze kunnen ook niet aldoor bij haar blijven. Ik doe mijn best , zeg ik. Ik heb waarschijnlijk iets. Oké, zeggen ze, maar ze kunnen hun misprijzen nauwelijks verbergen.

Ik bel de crisisdienst Friesland.
U spreekt met de crisisdienst jeugd Friesland. Er volgt nu een keuzemenu. Voor kinderen uit de gemeente leeuwarden toets 1, voor…
‘Ja, goedenavond. Ik bel over een 17-jarig meisje dat binnengebracht is in een ziekenhuis in Groningen, dat uit Drenthe komt, maar de Drentse crisisafdeling heeft geen plaats en zij stuurden me naar u.

‘Ze komt uit gemeente Emmen.

‘Ja, dat weet ik, maar er is tussen de Drentse en Friese crisisafdeling een onderlinge afspraak.

‘Dat is u niet bekend? Nou, het is echt zo.

‘U wilt haar dan wel opnemen? Dat stel ik erg op prijs. Hoe laat kan ze komen en waar… Oké.
Dan zal ik vervoer regelen.’

‘Ja, u spreekt met Menno Oosterhoff, dienstdoende jeugdpsychiater crisisdienst Groningen. Ik bel over een Drents meisje, wat in een Gronings ziekenhuis ligt, maar nu naar een Friese crisisafdeling jeugd moet worden vervoerd.

‘Wat zegt u? Ja ze komt van een ziekenhuis en ze gaat naar een crisisafdeling jeugd. Ja, dat is een jeugdhulpinstelling. Vervoer in verband met jeugdhulp moet de gemeente regelen? Dat valt niet meer onder de verzekering?

Ik bel Steunpunt Jeugd Groningen.

‘Ja, ik belde u net ook al. Ik heb nog een vraag. Het gaat over dat Drentse meisje, dat in een Gronings ziekenhuis ligt. Zij moet vervoerd worden naar een Friese jeugdhulpafdeling, maar de Groningse ambulancedienst wil dat niet doen. Weet u hoe ik het kan regelen?

‘Het Drents steunpunt jeugd? Nee, die nemen niet op. Gemeente Emmen? Nee, ook niet.
‘U denkt dat er afspraken zijn met de Drentse ambulancedienst? Bel ik die.’

‘Met Menno Oosterhoff, dienstdoende jeugdpsychiater. Ik wil graag vervoer voor een 17-jarig meisje uit Drenthe, wat vanuit een Gronings ziekenhuis naar een Friese jeugdhulpcrisisafdeling moet worden vervoerd.

‘Wat zegt u? U komt eraan?!?!?’

Toelichting

Dit najaar behandelt de Tweede Kamer de nieuwe Jeugdwet. Als deze aangenomen wordt dan gaat de gezondheidszorg voor jeugdigen met een psychisch probleem uit de verzekering. In plaats ervan komt er een gemeentelijke voorziening, die per gemeente kan verschillen. Bovenstaande voorbeeld ligt dus nog in de toekomst.
Als u net als 37.000 anderen wilt dat dit nooit heden wordt, teken dan de petitie.
Teken www.petitiejeugdggz.nl

  • Gepubliceerd op Artsennet op 20 september 2013.
  • De petitie is gesloten op 19 februari 2014 met 96.209 handtekeningen.

Menno Oosterhoff

Psychiater, spreker en schrijver van het boek Vals Alarm.