Toegegeven, de titel van deze blog is vooral gekozen om uw aandacht te trekken. Maar het is voor een goed doel, namelijk meer bekendheid geven aan een uiterst nare aandoening. Zodat mensen die daar last van hebben weten wat er aan de hand is. U hoeft zich geen zorgen te maken. Dat uw aandacht wordt getrokken door een titel met het woord seks erin is heel normaal. Zo werkt ons brein.

Maar bij sommige mensen wordt hun aandacht getrokken op een manier die niet normaal is. Dat is vaak uiterst kwellend. Ik heb het over indringende gedachten (intrusies) die zich aan het bewustzijn opdringen met ongewilde seksuele, agressieve of godslasterlijke inhoud. Ik wil direct zeggen dat het niet gaat om verdrongen verlangens. Een man zei hierover: Ik heb ook wel verlangens en impulsen waar ik niet trots op ben, maar dat is mijn eigen ‘vuiligheid’. Deze opgedrongen gedachten voelen niet als van mijzelf.
Het zijn geen impulsen, maar voorstellingen van impulsen. Het zijn geen dingen waar je zin in hebt, maar juist dingen waar je weerzin tegen hebt. En toch dringen ze zich aan je op.

Vergeef me, dat ik even plastisch word maar anders draaien we er maar omheen. Een aantal voorbeelden.

Je hand in de draaiende cirkelzaag doen.
Je ontbloten in het openbaar.
Mensen in het kruis grijpen.
Iemand een gebroken glas in het gezicht duwen.
Je baby uit het raam gooien.
Denken over God die masturbeert.
Iemand voor de trein duwen of opzettelijk aanrijden.
Denken: ‘Ik wou dat oma doodging’.
Denken: ‘Kreeg mijn vader maar kanker’.
Denken: Vuile rotturk.
Het stuur van de auto omgooien als je 120 km/h rijdt.

(Wie geïnteresseerd is in een uitputtende lijst, kan hier terecht.)

Iedereen heeft wel eens zulke gedachten, maar niet bij iedereen wordt het een obsessie die je niet meer van je af kunt zetten. Obsessieve intrusies komen voor bij ongeveer 20-30 procent van de mensen met een dwangstoornis.

Ooit had ik een man onder behandeling, die bij alles wat hij zag meteen associaties had met seksuele handelingen. Als hij ergens kinderkleding aan een waslijn zag hangen, dan moest hij denken aan seks met kinderen, als hij langs een begraafplaats liep, dan dacht hij aan seks met lijken en als hij een dier zag dan drong de gedachte aan seks met dieren zich aan hem op. Hij leed hier vreselijk onder. Hij voelde zich innerlijk besmeurd, en twijfelde erg aan zichzelf. ‘Wat ben ik voor verachtelijk wezen, dat ik dit soort dingen denk.’ Als hij erover praatte dan ging hij door de grond van schaamte. Mensen kunnen echt radeloos worden van zulke intrusies en zich vreselijk schuldig voelen.

Dat geldt ook zeker als het gaat om voorstellingen over seks met kinderen. Dit wordt wel P-OCD genoemd, pedosexual OCD. Met pedoseksualiteit heeft het niets te maken. Het gaat niet om iets wat iemand wil. Het gaat om dwangmatig moeten denken aan wat je niet wilt. Dat moeten denken van iets wat je niet wilt, speelde ook bij een jongen van 12 jaar, die voorstellingen had van seks met zijn moeder.

Waarom dit soort wezensvreemde gedachten, die iedereen wel eens heeft, bij sommigen tot zo’n kwelling worden, weten we niet. Misschien zijn de intrusies bij hen veel intenser of misschien reageren ze er angstiger op. Want juist als je iets beslist niet mag denken, kun je het moeilijk uit je hoofd zetten. Maar het is ontzettend moeilijk om je niks van dit soort gedachten aan te trekken, zeker als je niet weet dat het stoorzenders zijn, geen eigen verlangens. En dan nog is het ontzettend moeilijk om er op de juiste manier mee om te gaan. We zeggen wel: Er flitste iets door me heen en dat is precies wat er met dit soort gedachten moet gebeuren. Het ene oor in en het andere weer uit. Het moet ongehinderd passeren, zonder dat meteen het hele systeem op tilt slaat. Want dan verkramp je en kan de gedachte ‘er niet meer door’.

Meestal hebben mensen hierbij hulp nodig in de vorm van cognitieve gedragstherapie en/of medicatie. Maar om die hulp te zoeken moeten ze over een enorme drempel heen. Daarbij kan het helpen als iemand weet wat er aan de hand is en dat hij/zij niet de enige is. Daarom is deze blog geschreven.

LEESTIPS VAN DE AUTEUR
Een goed boek hierover is: Het duiveltje van de geest van Lee Bear.
In dit video-interview spreekt de onlangs overleden dichter Rogi Wieg over zijn intrusies.
In deze blog spreekt iemand zich uit over welke intrusies hem kwelden.
Gepubliceerd op Medisch Contact op 4 augustus 2015.
Categorieën: OCDBlogs

Menno Oosterhoff

Psychiater, spreker en schrijver van het boek Vals Alarm.