Dit blog is ook te beluisteren op soundcloud

Volkomen ten onrechte komen moeders er in de psychiatrie vaak niet best van af. Onze cultuur is sinds Freud doordrongen van het idee dat psychische problematiek grotendeels is terug te voeren op de kindertijd. Inmiddels is wetenschappelijk duidelijk geworden dat dat niet klopt. Erfelijke factoren verklaren de helft of meer van de variatie en de rest komt door toeval en omgevingsfactoren, die grotendeels niets te maken hebben met de opvoeding. Maar dat inzicht dringt maar langzaam door.
Met nadruk wil ik noemen dat dit stuk niet gaat over kinderen die het slecht getroffen hebben. Het gaat ook niet over hoe geweldig vaders zijn. Mijn respect voor moeders geldt ook vaders, maar de betrokkenheid bij hun kinderen is vaak toch net anders. Een voorbeeld. Wat deed ik als ik een uur eerder vrij was, toen onze kinderen nog op de kinderopvang waren? Het lag op de route naar huis, maar ik reed door. Kon ik lekker thuis nog even iets doen. De kinderen hoefde ik immers pas over een uur op te halen. Wat deed Dineke, mijn vrouw, als ze een uur eerder vrij was? Ja precies, ze haalde de kinderen dan een uur eerder op. Dat verschil bedoel ik.

Mogelijk ben ik een ongunstige uitzondering, maar dat betwijfel ik. We hadden eens vrienden op bezoek met jonge kinderen. Die kregen geen genoeg van onze glijbaan, maar daarbij was wel toezicht nodig want de glijbaan stond bij een grote vijver en ze konden nog niet zwemmen. De ouders waren er om beurten bij, maar opeens kwam de vader weer bij ons zitten zonder dat hij al was afgelost. ‘Ik heb het helemaal gehad met die glijbaan’, zei hij. Hij was nog niet uitgesproken of zijn vrouw ging al op een drafje erheen om haar kinderen voor onheil te behoeden. De zorg voor je gezin uit je handen laten vallen als je er genoeg van hebt, zie ik moeders zelden doen. Mijn moeder zei wel: ‘Ik zal je nooit loslaten. Ik heb je negen maanden onder mijn hart gedragen’. Ja, gevoel voor dramatiek hád ze.

Ik vind het meer dan tragisch dat ouders van een kind met een psychische aandoening zo vaak volkomen ten onrechte beschuldigd worden. Toen ik werd opgeleid werd bij een borderlinepersoonlijkheidsstoornis heel gemakkelijk automatisch gesproken van affectieve en pedagogische verwaarlozing. Zonder de ouders ooit gesproken te hebben. En zonder acht te slaan op het feit dat mensen zich hun jeugd negatiever herinneren als ze zich slecht voelen.

Blaming parents noemen we dat. De schizofrenogene moeder die zulke verwarrende boodschappen gaf dat je wel psychotisch verward moest raken. De koelkastmoeder die zo kil was dat je als kind niet anders kon dan je terugtrekken in een autistische binnenwereld.

Dit zijn excessen, maar ik denk dat veel moeders zich beschuldigd gevoeld hebben binnen de ggz. En dat terwijl ouders zich toch al gemakkelijk schuldig voelen als hun kind ongelukkig is. Een moeder van een jongen met problematiek uit het autistisch spectrum had hier wel heel veel last van. Ik probeerde dat wat te verminderen door te noemen dat erfelijke factoren een belangrijke rol spelen. Toen voelde ze zich schuldig over de genen die haar kind van haar had gekregen. Ik heb niet meer gezegd dat ik eerder dacht aan de vader als bron van die genen, want dan zou ze zich weer schuldig gevoeld hebben over haar partnerkeus.

Het verwijt, dat ouders tekortschieten of tekort geschoten hebben, is dus vaak volkomen onterecht. Mijn moeder at de oude gerimpelde appels op. Als wij daar iets van zeiden, dan zei ze: ‘Maar dat vind ik juist lekker.’

In mijn werk ben ik ook vaak onder de indruk van de betrokkenheid. Ik zie regelmatig ouders die het beter doen dan ik zelf ooit zou kunnen opbrengen.

Ik heb sommige patiënten jarenlang kunnen volgen. Een jongen al vanaf zijn geboorte, omdat zijn moeder al bij me kwam in verband met een oudere zus. Inmiddels is hij 28. Het is onvoorstelbaar hoeveel geduld, begrip en incasseringsvermogens zij en al die andere moeders jaar in jaar uit opbrengen. En het kan vreselijk zwaar zijn. Het lijkt me niet om aan te zien als je kind zo ongelukkig is. Een moeder zei: ‘Mensen vragen me wel hoe ik het volhoud. Het is niet vol te houden, maar ik heb geen keus.’ De waardering voor moeders wordt het mooiste verwoord in een uitspraak die ik ooit ergens las:

‘Omdat God niet alles zelf kan doen heeft hij moeders geschapen.’

Ik heb heel veel respect voor wat moeders allemaal doen voor hun kinderen. En helemaal als hun kind kampt met psychische problematiek. Als het er echt op aan komt, komen de kinderen voor advies bij mij. Hoe vaak zij niet vragen: ‘Waar is mamma?’

Gepubliceerd op Medisch contact op 09 mei 2019

Menno Oosterhoff

Psychiater, spreker en schrijver van het boek Vals Alarm.