Dit blog is ook te beluisteren op soundcloud
De ouders van een doodziek meisje, Emma, hebben ten einde raad de publiciteit gezocht omdat hun dochter maanden moet wachten voor ze terecht kan op de juiste plek. Het is een klinische gespecialiseerde behandelplek en dat is een relatief dure vorm van behandeling.
U denkt: is dit Nederland? Maanden moeten wachten voor een doodziek kind? Maar we hebben het over een meisje met psychische problematiek. De zorg dáárvoor is destijds overgeheveld naar de gemeenten. Want in de wijk zou het allemaal veel beter op te lossen zijn. ‘We sturen ze niet naar de psychiater maar naar de voetbalclub’, kraaide mevrouw Jorritsma, voorzitster van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) destijds enthousiast, niet gehinderd door enige kennis van zaken. En nu zitten kinderen en hun ouders met de gebakken peren van zoveel onbenul en zoveel doof zijn voor de mening van deskundigen. De gemeenten hebben dit soort behandelingen onvoldoende ingekocht, want ze willen het liever op een goedkopere manier oplossen. Ze moesten ook wel, want er was een forse bezuiniging ingeboekt. Demedicaliseren, ontzorgen en normaliseren. Dat was het motto van de Jeugdwet. Maar dat was bedacht door mensen achter een bureau. Mensen die de praktijk niet kenden. Nu blijkt dat de werkelijkheid ingewikkelder is, hoor je de bedenkers van deze kul niet meer.
Nog geen drie jaar na de transitie verschijnt het ene na het andere alarmerende bericht. Kinder- en jeugdpsychiaters hebben alarm geslagen, kopte de Volkskrant vandaag. Stuur kinderen met psychische problematiek niet naar huis, een dag daarvoor in het NRC. Nu de zorg voor kinderen met een psychische aandoeningen bij de gemeente ligt, gaat de kwaliteit van zorg hollend hard achteruit. Wachtlijsten, zelfs voor crisisopnames, een moordende bureaucratie, privacy zo lek al een mandje en ambtenaren die zich bemoeien met de inhoud van de behandeling. Steeds meer hulpverleners verlaten het vak met bloedend hart. Staatssecretaris Van Rijn geeft in een algemeen overleg aan de problematiek niet te herkennen. Je vraagt je soms af of die man zijn eigen vrouw wel herkent. De politici die deze onzalige overheveling van de gezondheidszorg van kinderen en jeugdigen met een psychische aandoening destijds tegen elk deskundig advies hebben doorgedreven, hoor je niet. Voor Emma is nu mogelijk een oplossing gevonden. Dat is fijn. Van Rijn spreekt de gemeenten erop aan dat ze hun verantwoordelijkheid meer moeten nemen. Je moet maar durven. Vanavond is er een spoeddebat in de Tweede Kamer, maar we kunnen al voorspellen, wat Van Rijn gaat zeggen.
Er zijn meer Emma’s. Wat hebben die eraan, dat ik dit schrijf? Ik hoop dat het een beetje bijdraagt aan het besef, dat de politiek destijds een cruciale fout heeft begaan met het aannemen van de Jeugdwet. De kwalijke gevolgen ervan zijn destijds allemaal voorspeld. De ellende overtreft zelfs de ergste voorspellingen. Gezondheidszorg decentraal geregeld door 393 gemeenten – dat kán niet. Er móet een noodplan komen met meer centrale aansturing. Op langere termijn kan alleen terugkeer in de zorg de jeugd-ggz redden, denk ik. Maar nu pleit ik alleen voor meer centrale aansturing. Het komt slecht uit, dat een nieuw kabinet zo lang op zich laat wachten. Van Rijn is nog steeds staatssecretaris en de politiek is sowieso weinig geneigd haar eigen falen te erkennen.
Er is inmiddels een petitie om te pleiten voor een landelijke financiering, want volgend jaar zou elke gemeente zijn eigen vergoedingssystematiek mogen invoeren. Dat zou de bureaucratische nachtmerrie compleet maken. De vraag is niet meer óf het schip gekeerd moet worden. De vraag is alleen hoeveel Emma’s er nog moeten verschijnen voordát er iets structureels gebeurt.
Nee, het is niet alleen maar kommer en kwel. Sommige dingen gaan beter. Nee, het was voor de transitie niet ideaal. Nee, het ligt niet aan de inzet van individuele hulpverleners of wethouders. Maar dit stelsel deugt niet.