Laat ik nu altijd gedacht hebben dat opruiing betekent dat je een kleine misstand enorm uitvergroot. Dus toen onze minister-president zei dat de declaratiefoutjes van Marc Verheijen zwaar opgeklopt waren, dacht ik: O, een gevalletje opruiing dus. Maar opruiing blijkt iets heel anders te zijn.
Het gaat er niet om hoe erg een toestand is, maar hoeveel mensen het aankaarten. Zo blijkt de chaos bij de SVB met het uitbetalen van het pgb vooral op de agenda te zijn gezet door 24 actieve twitteraars. Reden voor de Telegraaf om te spreken van opruiing.

Als je ergens brand ziet, moet je dus wachten tot er een grote menigte is, zodat je dan samen ‘brand’ kunt roepen, want anders ben je een opruier.

De blog die ik schreef over de ouderbijdrage moet ook als opruiing worden aangemerkt. Ik schreef hem immers alleen. Weliswaar waren er ook anderen die erover hadden geschreven, maar dat waren er minder dan 24. En dat er 27 duizend mensen de blog hebben geliket telt ook niet, want ook heel veel mensen waren het eens met de verontwaardiging over het pgb. Dat er in de Tweede Kamer moties zijn ingediend over de ouderbijdrage bewijst alleen maar des te meer dat het om opruiing ging, want deze moties hebben het allemaal niet gehaald. Dus ook daar was een minderheid. Welbeschouwd bestaat de volledige oppositie uit opruiers.

Ondertussen weigeren veel gemeentes mee te werken aan het innen van die ouderbijdrage. Dat is fijn voor de ouders die daar wonen, maar extra zuur voor ouders die in meer gezagsgetrouwe gemeentes wonen. Het vreemde is dat de staatssecretaris er niks aan doet om zijn wet te handhaven. In elk geval, maar niet voor de verkiezingen, zal er wel gedacht worden.

Wie ook als opruier moet worden aangemerkt is de hoofdredacteur van Medisch Contact, Hans van Santen. Dat er een relschopper in hem school, vermoedde ik al toen hij twee hoofdredactionele commentaren wijdde aan die ouderbijdrage met als enige rechtvaardiging dat het zo’n absurde maatregel is en dat de blog 280.000 keer was bekeken. Maar na zijn laatste hoofdredactionele commentaar weet ik het zeker. De broeierige titel ‘Sentiment’ belooft al niet veel goeds. Eerst gaat het nog een beetje over een bijeenkomst, maar dan komt de aap uit de mouw. Hij geeft, helemaal in zijn eentje, weer dat de overgrote meerderheid van onze beroepsgroep kotst van het huidige beleid ten aanzien van onze gezondheidszorg. Hij zegt het netter, maar daar komt het wel op neer. Hij geeft aan dat de maat vol is. Dat alle nieuwe regels en eisen de zorg voor patiënten niet beter maken. Als dat geen opruiende taal is! Aan het eind dreigt hij zelfs. Het signaal moet serieus genomen worden.

Minister Schippers, ondertussen, lijkt dat helemaal niet van plan. In Metro geeft ze blijmoedig aan dat ze niet voor de populariteitsprijs gaat. Nu lijkt het me een verstandige keuze om haalbare doelen te stellen, maar zij lijkt het vooral te gebruiken om de weerzin tegen haar ‘missie’ te bagatelliseren. Nee, van Schippers en Van Rijn zullen we het niet moeten verwachten. Maar Van Santen eindigt zijn opruiende commentaar ook met een belangrijke opmerking, namelijk dat we het vooral zelf serieus moeten nemen.

Dat laatste is een schot in de roos. Als we dan toch aan het opruien zijn, dan wil ik graag wijzen op de zeer lezenswaardige column van Jan Rotmans: ‘Waarom breekt er geen opstand uit in de zorg?’ We zien ons stelsel ten gronde gaan aan marktwerking, bureaucratie, steeds meer controle, een blind geloof in de zorgverzekeraars en wantrouwen van de zorgverlener. Maar we weten de brede verontwaardiging daarover niet om te zetten in een verzet waar rekening mee moet worden gehouden. Alle opruiing ten spijt.

Nog wel.

Gepubliceerd op Medisch Contact op 23 februari 2015.

Menno Oosterhoff

Psychiater, spreker en schrijver van het boek Vals Alarm.