Dit blog is ook te beluisteren op soundcloud
Recentelijk was er een symposium over het gebruik van data in de ggz. Daarin ook een paneldiscussie over het omstreden benchmarken met ROM-data. Ja, waarover is geen strijd binnen de ggz hoor ik je denken, maar daarover een andere keer.
Nu eerst benchmark met ROM. Ik ga ervan uit dat de lezers die nog niet afgehaakt zijn, weten waarover het gaat en anders verwijs ik naar deze website.
Ik begin met het voorstellen van de panelleden. Jacobine Geel, voorzitter GGZ Nederland, Marjan ter Avest, directeur Mind, Edwin de Beurs, wetenschappelijk directeur SBGGZ en hoogleraar in ROM en benchmarken, en ik. Ik was aangekondigd als opiniemaker en kinderpsychiater. Dat opiniemaker vond ik wel stoer. Maar ik zat er natuurlijk als mede-initiatiefnemer van de petitie Stop Benchmark met ROM. Robert Schoevers, hoogleraar psychiatrie en medeauteur van in mijn ogen het beste artikel ooit over benchmarken met ROM, leidde de discussie. Dat ik dat artikel erbij haal is een beetje framen. Nu het nieuwe van borgen (1) een beetje af is, heeft iedereen het over framen. Framen is zaken zo voorstellen dat het in jouw voordeel uitpakt. Dat artikel raadde namelijk met klem de invoering van benchmark met ROM af. Door te noemen dat Robert medeauteur is, trek ik hem een beetje naar mijn kant toe. Dat vergeef ik mezelf, want de andere drie panelleden waren warm voorstander van benchmarken met ROM. Merkwaardig genoeg stond in het programma met nadruk vermeld dat geen van de sprekers een aanmerkelijk belang had. Zoiets heb ik nog nooit in een programma zien staan. Dat het er nu wel bij stond, kan ik alleen snappen door terug te grijpen op bijna vergeten kennis, namelijk de afweermechanismen van Freud en wel de overdekking door het tegendeel. Als je een gevoel hebt wat je geweten afkeurt, dan los je dat neurotische conflict op door heel hard het tegendeel te roepen. Steeds zeggen: ‘Ik vind hem echt heel aardig’, terwijl je iemand wel kunt wurgen.
Want we hadden natuurlijk allemaal juist een heel groot belang. Jacobine, omdat er forse druk is op de ggz te laten zien dat wij waar leveren voor het niet geringe geld dat ervoor wordt betaald. Marjan, omdat ze graag wil dat patiënten kunnen kiezen op kwaliteit, Edwin, omdat hij werkt bij de SBGGZ, er hoogleraar in is en heel erg gelooft dat de zorg er beter van wordt. Eigenlijk was ik de enige zonder aanmerkelijk belang. Grapje. Ik heb natuurlijk ook belangen, omdat ik met anderen een petitie ben begonnen omdat ik er heel erg niet in geloof. Wel in de doelen. Ik zou het prachtig vinden als we ons zouden kunnen verantwoorden, als patiënten zouden kunnen kiezen en als we de zorg beter zouden kunnen maken met benchmarken met ROM. Maar ik denk niet dat dat kan.
De discussie verliep in goede sfeer en als het dreigde te ontsporen, greep Robert in. Vaak als ik iets zei, maar ik neem onmiddellijk aan dat ik ook het vaakst dreigde te ontsporen. Ik vond het goed met elkaar in gesprek te zijn, hoewel het nu wel moeilijker wordt heel venijnige stukjes te schrijven over benchmark. Maar diep in mijn hart ben ik wel voor het harmoniemodel. Dat de andere sprekers royaal toegaven dat ze te snel begonnen zijn ROM als benchmark te presenteren, hielp daarbij ook wel. Ik besef nu dat ik daar niks aardigs tegenover heb gesteld. Maar de sfeer was prima en zo hoort het ook. Het is geen huwelijk tenslotte ;-). Jacobine zei zelfs: ‘Ik merk dat we naar elkaar toegroeien.’ Dat is in zekere zin wel zo, maar ik ben ook geschrokken. Het geloof in de zegeningen van benchmarken is totaal niet gaan wankelen door het rampjaar (niet mijn woorden) dat 2017 voor de SBGGZ was. Integendeel. Het lijkt wel alsof ze er gelouterd uit zijn gekomen. De ggz loopt tien jaar voorop met value based health care, was de tevreden conclusie aan het eind. Ik voelde me echt iemand die het feestje bederft. Maar goed: We gaan verder in gesprek, maar ai, ai, wat is de kloof groot. Dat vind ik jammer. Ik ben al dat geruzie in de ggz soms meer dan beu.