De antwoorden op de tweede set kamervragen van de SP over de Routine Outcome Monitoring (ROM) zijn binnen.
Wat eraan voorafging: Van alle patiënten binnen de GGZ gaan gegevens naar de stichting benchmark GGZ (SBG), de zogenaamde ROMdata. Voorstanders zeggen dat op die manier kwaliteit van de behandeling inzichtelijk wordt. Tegenstanders zeggen dat het door troebele cijfers juist niet transparant wordt. En ze wijzen erop, dat patiënten geen toestemming wordt gevraagd. De minister moest toegeven, dat er wel toestemming gevraagd moet worden. Daarop adviseerde GGZ NL haar leden de levering tijdelijk stop te zetten in afwachting van…tja in afwachting van wat? Aanvullende wetgeving, maar dat is er niet zomaar. De onduidelijkheid in het veld neemt toe. Want de zorgaanbieders zijn op grond van het bestuurlijk akkoord verplicht data te leveren. Bovendien is het een eis in de contracten met de zorgverzekeraars.
Herhaalde verzoeken om meer duidelijkheid te verschaffen zijn tot nu toe genegeerd. Gaat de minister de duidelijkheid nu geven? Wat zegt zij? Nou, die is aan het formeren, dus de staatssecretaris van Rijn kan het opknappen. Ok, wat zegt van Rijn? Lilian Marijnissen van de SP vroeg hoe het nu verder moet en of de gegevens die zonder toestemming, dus onrechtmatig verstrekt zijn nu vernietigd moeten worden.
De antwoorden getuigen van weinig realiteitszin. VWS stelt: Er is afgesproken dat er data worden verstrekt aan de SBG, dus er moeten data worden verstrekt aan de SBG. Als er toestemming nodig is dan moet die maar worden gevraagd.’ En wat de vernietiging van de eerdere gegevens betreft: ‘Nou, dat moeten we nog maar eens bezien. We kijken naar aanvullende wetgeving.’
Wat voor wetgeving mag dat dan wel niet zijn, die met terugwerkende kracht wettig maakt wat nu onwettig is?
Marijnnissen vroeg ook nog waarom de minister achter benchmarken met de ROM blijft staan, terwijl de rekenkamer toch vrij duidelijk is in het benoemen van de forse beperkingen daarvan. ‘Wij blijven daar achter staan omdat wij denken dat het goed is,’ is ongeveer het antwoord.
Mij lijkt de chaos nu compleet. GGZ Nederland is een groot voorstander van doorontwikkelen van de ROM. Doorontwikkelen betekent, dat je toegeeft dat het nog niet je dat is, maar dat je verwacht of hoopt dat het nog wel wat wordt, als je maar heel hard blijft proberen. Maar GGZ Nederland heeft ook gezegd: Met toestemming vragen wordt het onuitvoerbaar. Dat geeft een enorme bureaucratische belasting. En die bureaucratie wilde iedereen terugdringen, weet u nog? En zegt GGZ Nederland terecht: Dan worden de cijfers (helemaal) onbetrouwbaar.
Wat moet GGZ NL haar leden nu adviseren? Ga toestemming vragen want we moeten van de minister de data toch leveren? GGZ NL heeft zelf gezegd dat dat ondoenlijk is, dus zo’n boodschap is weinig overtuigend. Maar vasthouden aan het eerdere advies is ook moeilijk, want de minister geeft geen krimp.
Ik ben geen politiek expert, maar soms denk ik: zou minister Schippers tijd willen rekken? Zodat ze de formatie af kan maken en uit de politiek kan vertrekken en een opvolger de rommel kan laten opruimen. Want een rommel is het en die wordt door deze antwoorden nog groter. Ondertussen wordt ook onderzocht of de rechter niet een uitspraak moet doen over de gegevens, die de SBG zonder toestemming heeft gekregen.
En de patiënten? Die zijn nog steeds niet ingelicht. Hoe het verder gaat hoort u in de volgende aflevering van Onderweg naar ROMMEN.